PA1BJ Antennes e.d.: Interferentie tussen DAB signalen.

Zendantenne-bewegingen van 60 cm zijn reeds zichtbaar van DAB-signalen.

Het viel me op dat wanneer de antenne in een bepaalde richting staat, er dan sinussen
in het spectrum zichtbaar worden in het DAB signaal. In dit geval van het WDR signaal
op kan. 11D. (222,064 Mhz)
Dit met SDR Sharp.
Het wordt veroorzaakt door de verschillen in afstand tot de zenders (27km).
Hoe groter dit afstandsverschil, des te meer sinussen verschijnen er.
De zenders werken op exact dezelfde frequentie. Doordat het DAB-spectrum 1,536 Mhz breed is, varieert de golflengte van de laagste en hoogste frequentie.
Bijv. tussen 221,3 en 222,8 Mhz is het verschil in golflengte ca. 0,9 cm.

Dit geeft looptijd-verschillen en hierdoor zullen de signalen van 2 zenders elkaar op één frequentie
elkaar versterken of juist verzwakken.
Het duidelijkste is dit te zien wanneer de amplitudes van de zenders gelijk zijn.
Hieronder het spectrum van de zenders Kleef en Wesel. Deze hebben een verschil in afstand tot mijn QTH van 27 km.
Er zijn 17 maxima te zien. Dit aantal vermenigvuldigd met 1,6 is het afstandsverschil tussen de 2
stations.

Soms bewegen de sinussen langzaam naar links of naar rechts. Dit is dan heel mooi te zien in de waterval.
Dit wijst erop dat de afstand waarover de signalen ontvangen worden verloopt.
Een halve golf (67 cm) geeft een verschuiving van 180 graden, dus een langzame drift van de sinustoppen.

Hetzelfde verschijnsel is zichtbaar bij het Nederlandse DAB signaal op kan. 12C.
De zenders Arnhem, IJsselstein, Hilversum en Lelystad zijn hier te ontvangen.
Arnhem is het sterkste.
Bij ontvangst van Arnhem en IJsselstein zijn er ca. 30 maxima te zien. Vermenigvuldigd
met 1,5 geeft 45 km als afstandsverschil.
Bij ontvangst van Hilversum en Lelystad verschijnen er 4 maxima. Maal 1,5 = 6km.
Hilversum is 55 km; Lelystad 51 km ver.